Mondelinge vraag: beroepsmogelijkheden bij bouwvergunningsdossiers

Op 7 december 2015

PROVINCIERAAD VAN VLAAMS-BRABANT - vergadering van 8 december 2015


Mondelinge vraag van de heer Diederik Dunon i.v.m. beleidsinformatie van de provincie Vlaams-Brabant over beroepsmogelijkheden bij bouwvergunningsdossiers.

In een persbericht dat de provincie Vlaams-Brabant verspreidde n.a.v. het artikel ‘In beroep bij de deputatie. Geef je bouwplannen een tweede kans’ verschenen in nr. 69 van Mag. Vlaams-Brabant (pp. 28 – 29), wordt aangegeven dat de provincie in 35% de beslissingen van gemeenten inzake bouwvergunningsdossiers niet volgt. Deze boodschap werd her en der gezien als een aanmoediging vanwege de deputatie aan burgers om gemeentelijke bouwvergunningsbeslissingen aan te vechten bij de provincie.

 • Wil de provincie indieners van of betrokkenen bij bouwvergunningsaanvragen aanmoedigen om bij een negatieve gemeentelijke beslissing beroep aan te tekenen bij de provincie en stuurt de provincie daarbij aan op meer bouwberoepen?

• Is de deputatie voorstander van een gedegen behandeling van bouwdossiers door de gemeenten, zodat het aantal bouwberoepen kan worden beperkt ?

•  Waarom ontbreekt in de proviciale beleidscommunicatie over bouwberoepen de beroepsmogelijkheid om tegen de beslissing van de deputatie in beroep te gaan bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen (RvVb)?

Antwoord van gedeputeerde Tom Dehaene:  «Of de deputatie aanmoedigt bij een negatieve beslissing van de gemeente in beroep te gaan bij de deputatie is zeker niet het geval. Het betrof een informatief artikel in het kader van 20 jaar Vlaams-Brabant. Mensen die een vergunning kregen gaan soms zelf in beroep. Anderzijds gaat het ook om beroepen aangetekend door derden tegen aanvragers die een vergunning kregen. Het gaat dus niet enkel over weigeringen uitgesproken door gemeenten waartegen men in in beroep gaat.

De deputatie is grote voorstander van goede afspraken en overleg vooraf met de gemeente om de mogelijkheden te bekijken. De meeste gemeenten verstrekken ter zake zeer goede informatie aan mensen met bouwplannen. Op deze manier kunnen heel wat problemen worden voorkomen. Pas in tweede orde stapt men eventueel naar de provincie en kan een dossier voor een tweede keer worden bekeken.

Die mogelijkheid om in beroep te gaan bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen (RvVb) werd inderdaad niet vermeld in het artikel. De opname van de volledige procedure – die zeer gedetailleerd is uitgeschreven – meerdere extra bladzijden vergen. Maar u kan ervan op aan dat de deputatie aanvragers of beroepsindieners informeert over de mogelijkheden bij de RvVb.

De RvVb doet overigens geen uitspraken over bouwaanvragen. Indien de RvVb de beslissingen van de deputatie niet bevestigt, dan komt het dossier terug naar de deputatie en dan neemt de deputatie een nieuwe beslissing. Terzake volgen wij de decretale bepalingen en soms gebeurt dat men tegen die nieuwe beslissing opnieuw naar de RvVb stapt. Daar valt veel over te zeggen, maar het is niet in deze ruimte dat we die regelgeving gaan aanpassen.»

Diederik Dunon: In de communicatie van afgelopen week werd toch heel duidelijk gezegd dat de provincincie zeker in 200 van de meer dan 600 ingediende bouwberoepen (30 procent) een andere beslissing neemt. Dat roept toch vragen op? Als men weet dat de provincie sedert 1962 op deze manier bouwberoepen behandelt, is dit misschien de gelegenheid om de procedure te evalueren en na te denken over herziening?

Tom Dehaene: «Wat dat laatste betreft: wij gaat dat hier niet doen. Wij voeren uit wat door de decreetgever is voorgeschreven. In die zin is er wel een wijziging op komst, namelijk; de omgevingsvergunningen. Dat is een aangepaste procedure waarbij bouw- en milieuvergunning samen kunnen worden aangevraagd indien een milieuvergunning nodig is.

Verder blijft u verwijzen naar die 30 procent, maar u nuanceert dat percentage niet. Indien er gemeenten zijn die door omstandigheden een tijd zonder stedenbouwkundige zitten en daardoor geen enkele vergunning kunnen afleveren, dan zijn die allemaal ingebegrepen in onze statistieken. Wanneer een gemeente geen uitspraak doet dit wordt volgens de procedure beschouwd als een weigering. Als wij dergelijk dossier bekijken en daar is niets mis mee, dan zegt u dat de provincie ook maar hadden moeten weigeren. (!?)  Ik vind dat niet logisch en zo zijn er tal van voorbeelden waar er goede redenen zijn waarom wij de gemeente niet kunnen volgen. Stel, er is een advies is aangevraagd dat niet tijdig geleverd is aan de gemeente en de gemeente neemt in de tussentijd een beslissing zonder dat advies. Wanneer dat advies vervolgens binnenkomt en dat is een bindend advies dan moeten wij dat advies toch volgen? Of moeten wij dan zeggen; sorry decreetgever, dat is een bindend advies, maar de gemeente heeft gezegd te vergunnen, dus geven wij een vergunning? Als er een bindend advies is, dan volgen wij dat.»

Antwoord van gedeputeerd Julien Dekeyser: «Soms vraagt onze administratie  bijkomende adviezen van AWV, AIB … die niet tijdig op de gemeente toekomen. Wanneer die adviezen binnenkomen wordt er op basis daarvan een volwaardige vergunning gegeven, met voorwaarden. Dat maakt een groot pakket uit van vergunningswijzigingen die worden afgeleverd.»

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is